Hi! In dit blog leg ik uit wat er precies gaat gebeuren op 9 juli.
Om te beginnen met het belangrijkste punt: de verdediging is geen examen. Het proefschrift dat ik heb ingediend is goedgekeurd, en de verdediging is grotendeels een ritueel toneelstuk. Zo lang ik mijn rol speel, krijg ik het doctoraat aan het einde.
De verdediging is gedrenkt in oude tradities die verschillen per universiteit, dus ik zal uitleggen hoe het er in Utrecht aan toe gaat.
Wie spelen er allemaal mee in dit toneelstuk? In volgorde van opkomen:
De Pedel gaat over de logistiek van de ceremonie en is te herkennen aan de rijk versierde staf die ze bij zich draagt. Zie het als een soort maitre. Als er iets gedaan moet worden door het publiek of er wordt overgegaan tussen delen van de ceremonie zal de Pedel het laten weten en voorop lopen. Voor we beginnen zal zij (of een assistente) vragen of het publiek wil gaan staan voor het binnenkomen van de commissie. Dit staan duurt hoogstens een minuutje. Als de zitting vervolgens begint, verdwijnt ze van het toneel en komt ze terug voor haar belangrijkste taak. Als mijn 45 minuten verdediging erop zitten, komt ze binnenlopen en zegt ze “hora est” (het is tijd). Vanaf dat moment mag ik mijn zin afmaken, maar verder is het meest formele deel van de ceremonie afgelopen. Ze zal vragen of het publiek weer kan gaan staan, en de commissie gaat af door een klein deurtje in een hoek van de zaal om in beraad te gaan.
In de Senaatszaal staat een grote tafel waar tijdens de zitting acht mensen aan plaats gaan nemen. Als de commissie zit, zal de rector de zitting openen en mag iedereen weer gaan zitten.
De voorzitter van de ceremonie zit in het midden. Hij geeft het woord aan de opponenten maar is zelf geen onderdeel van de opponentie. Hij heeft verder ook weinig inhoudelijke kennis over mijn onderzoek. Dit is een ererol die wordt ingevuld door emeritus (gepensioneerde) hoogleraren.
Aan de linkerkant (voor de kijker rechts) van de rector zit de promotor. Dit is de (emeritus) hoogleraar die mij de afgelopen vier jaar heeft begeleid. Hij zal dus geen vragen gaan stellen tijdens de verdediging, maar is degene die me na het beraad het doctoraat overhandigt en me de ‘belofte’ afneemt.
Aan de rechterkant (voor de kijker links) zit mijn copromotor. Zij is de Universitair Hoofddocent (de trede onder de hoogleraar op de academische ladder) die de afgelopen vier jaar mijn directe supervisor is geweest. Zij is hoofd van de bioinformatica-groep en zal na de uitreiking van het doctoraat door de promotor de ‘laudatio’ doen. Dit is een toespraak waarin ze me feliciteert en terugblikt op onze samenwerking de afgelopen jaren.
Mijn belangrijkste tegenspelers in dit toneelstuk zijn de opponenten. Dit zijn (in mijn geval) vijf hoogleraren die me één voor één een aantal vragen gaan stellen over mijn proefschrift. Hun achtergrond is divers, varierend van “Persoonlijke Moleculaire Microbiologie” tot “Kwantitatieve Immunologie”, en ze zullen dus vanuit die expertise vragen stellen over mijn werk. Om nog even te benadrukken: dit is niet om te testen of ik alles wel weet, want het is geen examen, maar om een discussie op wetenschappelijk niveau te voeren over mijn werk. Voor ze beginnen met het kritisch bevragen van mijn werk, zullen ze me eerst (hopelijk) feliciteren met het werk en het proefschrift.
Dan zijn er nog drie mensen over: het verdedigingsteam. Dit team bestaat uit mijzelf, de kandidaat, en mijn twee paranimfen. Om met die laatste te beginnen: de paranimfen zijn mijn twee meest naaste collega’s met wie ik een hechte band heb opgebouwd de afgelopen jaren. Zij zullen aan mijn zij staan en zitten tijdens de ceremonie. Hun rol is puur ceremonieel en een kwestie van ‘intelligent kijken voor de livestream’. De paranimfen zijn een interessante traditie. Het woord paranimf komt van het Griekse para (naast) en nymph (bruid). Ik ga namelijk ‘trouwen met de wetenschap’, in zekere zin. Toen het verkrijgen van het doctoraat nog echt afhing van de verdediging, mochten paranimfen de kandidaat inhoudelijk bijstaan tijdens de verdediging maar dat is nu niet meer het geval. Gelukkig, want mijn beider paranimfen spreken geen Nederlands, dus ik zou weinig aan ze hebben om mijn vragen te beantwoorden. De belangrijkste taak van de paranimfen is al afgerond: ze hebben me ontzettend geholpen met de logistiek van het organiseren van de verdediging. Het zoeken naar geschikte feestlocaties, uitnodigingen rondsturen en meehelpen met het distribueren van de boekjes zijn allemaal al gedaan, dus op de dag zelf zijn ze vooral ceremoniemeesters voor het informele gedeelte, en de mensen die zorgen dat ik de hele dag genoeg te drinken heb.
Nog even kort over de kandidaat. Ik kom als laatste de zaal binnen, vergezeld door mijn paranimfen, en ik ga achter een katheder staan met mijn rug naar het publiek. Mijn paranimfen gaan naast me zitten. Zodra de verdediging begint, en ik mijn eerste vraag krijg van elke hoogleraar, is het traditie dat ik ze eerst aanspreek met ‘hooggeleerde opponent’. Als er mensen in mijn opponentie zaten die geen hoogleraar zijn, zou ik deze hebben moeten aanspreken met ‘zeergeleerde opponent’, maar dat is voor mij niet het geval. Na de 45 minuten blijf ik in de zaal achter terwijl de commissie in beraad gaat. Dit is het moment dat er applaus volgt, en ik snel wat mensen gedag kan zeggen.
Deze pauze duurt een paar minuten, waarna ik naar het midden van de grote vierkante tafel geleid word, opnieuw met mijn paranimfen naast me. De commissie komt weer binnen (jullie mogen weer even staan), en de voorzitter zet de zitting voort. Dit is het meer informele gedeelte van de zitting. Zie het als de daadwerkelijke diplomauitreiking. Een aantal traditionele zinnen en een belofte later, ben ik doctor. Mijn copromotor zal de eerdergenoemde laudatio op zich nemen en kijken of ze nog wat mensen kan emotioneren met haar voorbereide speech. Als dit geweest is, neemt de voorzitter het laatste woord. Meestal heeft de voorzitter ook nog een paar woorden voorbereid over mij, de aanwezige familie, of over de zitting zelf. Hierna vertrekt de commissie met de pedel, mij, mijn paranimfen en Jantine voorop. Wij gaan dan op de grote centrale trap wat foto’s nemen, en daarna door naar de receptie. Zodra het fotomoment ten einde is, worden jullie uit de zaal gehaald op weg naar de locatie voor de receptie. Dit is bovenaan die trap (tenzij het mooi weer is, maar dat zou een wonder zijn), dus dit is vooral een logistieke keuze. Tijdens de receptie krijgt iedereen de kans de kandidaat te feliciteren, maar er vormt meestal heel snel een lange rij. Pro tip: ga eerst naar binnen, pak een drankje, en ga later in de rij staan, er is tijd genoeg.
Hiermee is het officiële gedeelte afgelopen. In de avond is er een feest waar jullie natuurlijk allemaal voor uitgenodigd zijn (adres in de uitnodiging), en ik zou het leuk vinden als er zo veel mogelijk mensen komen. Nederland speelt niet de halve finale van die avond, dus dat is geen excuus ;). Maar ik begrijp het natuurlijk ook als je niet de hele dag in Utrecht blijft plakken hiervoor, dus doe vooral waar je zin in hebt, dat doe ik die dag ook.
Mocht je nog vragen hebben na dit haastig getypte blog, laat het me vooral weten!